Skip to main content

Achter de reclameborden is een kroniek van niet alledaagse gebeurtenissen rondom het sportveld. Opmerkelijke en minder opmerkelijke zaken passeren hierin de revue.

Frans

Daar zit hij. Samen met z’n maten aan hun eigen stamtafel, in het midden van onze kantine. Na een wedstrijd van ons eerste elftal is hij, Frans Bos, daar vaak te vinden tijdens de 3e helft. Samen met andere voetballers van een illuster voetbalelftal uit vervlogen tijden: het vijfde. Mannen als Sjaak de Jong, de gebroeders Rutger en Rikkert Nagel, Hein Spoelder, Cor van Twillert, Raymond Hagen, Jan ‘Klomp’ Koelewijn en dan vergeet ik er vast nog wel een paar. Maar vanaf nu is er een lege plek aan de stamtafel. Frans overleed vorige week, totaal onverwacht. Hij werd 63 jaar.

Slechts een paar keer heb ik samen met hem gevoetbald. Het moet een verdwaalde wedstrijd in het vierde zijn geweest onder de bezielende leiding van het legendarische duo Aart en Neeltje. Als ik aan hem terugdenk dan zie ik een gepassioneerde speler voor me. Vol overgave. Strijdend met open vizier. Want dat was Frans. What you see is what you get. Een slanke, soepele kerel. Een kale kop, twee vriendelijke pretogen met daaronder een glimlach die voor altijd op z’n gezicht was gebeiteld. Bruisend van energie en vol met verhalen. Het was iemand die je graag in je nabijheid had. Omdat bij Frans het glas altijd halfvol was. Omdat hij de kunst van het luisteren verstond. Omdat hij datgene wat zwaar was, net iets lichter kon maken. Die glimlach, die leuke opmerking, die charmante bediening, je kreeg het er gratis bij als Frans achter de bar zijn kantinedienst draaide. Maar hij deed meer voor onze club want de timmerman van beroep heeft destijds ook nog meegewerkt aan de bouw van de Blauwe sporthal. Want ook dat was Frans, nooit te beroerd om de handen uit de mouwen te steken.

Frans en ik kwamen elkaar heel soms ook tegen op het fietspad van de Bisschopsweg tussen Baarn en Spakenburg. Geen toeval want de bedrijfspanden van onze werkgevers liggen zo’n beetje naast elkaar. Een aantal maanden geleden nog fietsten we samen op vrijdagmiddag het weekend tegemoet. Hij vertelde mij dat hij aan het revalideren was na een flinke operatie. Maar alles ging goed en hij voelde zich prima. Uiteraard schrok ik, maar uiteindelijk was ik ook blij dat alles weer in orde was. Na dat gesprek zag ik hem nog regelmatig. Voornamelijk in de Blauwe kantine. En het was dan business as usual want Frans was Frans: joviaal en blijmoedig, energiek en optimistisch.

Maar dat is nu abrupt gestopt. Zijn leven kwam vorige week dinsdag in de vroege ochtend tot een einde. Definitief. Het is onvoorstelbaar, maar Frans is er plotseling niet meer. Onwerkelijk. Niet te bevatten. Hij gaat enorm gemist worden. Bovenal en allereerst door zijn vrouw, kinderen, kleinkinderen en familie. Ik wens ze alle kracht toe om dit verschrikkelijke verlies te dragen. Ook laat Frans als supporter en vrijwilliger een leegte achter bij onze club. Tenslotte zullen zijn voetbalmaten aan hun stamtafel in onze kantine elke keer weer ervaren dat ze niet meer compleet zijn. De stoel van Frans blijft daar vanaf nu onbezet. Voor altijd.

Rust zacht beste Frans. Rust zacht.

Hille Beekhuis