Skip to main content

Achter de reclameborden is een kroniek van niet alledaagse gebeurtenissen rondom het sportveld. Opmerkelijke en minder opmerkelijke zaken passeren hierin de revue.

Vrijdagavond

De laatste dagen heb ik mij geprobeerd te verplaatsen in één van de spelers van het 3e zaalvoetbalteam van onze Blauwe club.

‘Vrijdagavond. Lekker een potje ballen. Je hebt er zin in. Je staat 3e op de ranglijst, je tegenstander TOB Amsterdam staat daar 2 plekken onder. De wedstrijd verloopt zoals veel wedstrijden verlopen. Spannend, kan twee kanten op, en hoe mooi is dat, je wint de wedstrijd met 3-2. En dat is uiteraard ook wel eens anders geweest. Was er irritatie? Het is je niet opgevallen. Was er onsportief gedrag? Weet jij veel, je was bezig met de wedstrijd. Is er getreiterd, uitgedaagd? Is er wat geroepen? Pffff, niet meer of minder dan in andere wedstrijden. Kom op, het is vrijdagavond, het is weekend. Lekker belangrijk.
Dan, plotseling gaat het snel. Geschreeuw, gedoe. Hoe en wat? Je hebt geen idee maar je zit er middenin. Je ziet dat een paar teamgenoten worden getrapt en geslagen. Gebeurt dit echt? Geduw, getrek. En dan is het alweer voorbij. Je ziet dat een paar teamgenoten serieus aangeslagen zijn. Ze stonden op het verkeerde moment op de verkeerde plaats. Jij hebt niks. Jij hebt mazzel.
Daarna wordt het allemaal wazig en lopen werkelijkheid, woede en machteloosheid door elkaar heen. Je voelt je schuldig omdat jij ongeschonden uit de strijd bent gekomen. De tranen staan in je ogen als je teamgenoot Melchior naar het ziekenhuis gebracht wordt. Je wil naar huis, je wil naar het ziekenhuis, je wil nog lang niet weg, je had hier niet willen zijn. Goed advies komt niet bij je binnen. Althans niet meteen. Je wilt praten. Je wilt met rust gelaten worden. Je hebt een hoofd vol met vragen. Met verwarrende, korte beelden. Flitsen die zich maar niet in een chronologische volgorde laten plaatsen. Je bent gesloopt, murw gebeukt. Ja, het is beter dat je nu naar huis gaat. En dat doe je dan maar. Natuurlijk slaap je nauwelijks, de adrenaline doet trouw z’n werk.
The day after. Je bent moe. Je bent leeg. Nee, het was geen droom, geen nachtmerrie. Gisteravond was echt. Je zoekt je maten op. Op De Westmaat. Je vraagt hoe het gaat met Melchior. Je hoort dat de politie met een onderzoek bezig is. En ja, ook de KNVB is op de hoogte. Maar het raakt je niet. Je kijkt in de ogen van je voetbalvrienden. Je ziet dat de twinkeling is verdwenen. Het zijn de ogen die je zelf in de spiegel ziet. Je beseft dat de voetbalonschuld verdwenen is. Het onbezorgde is weg. Voor altijd? Zover kijk je niet vooruit. Maar je bent er klaar mee. Zo hoeft het niet meer.’

Het 3e zaalvoetbalteam van onze club heeft zich een paar dagen na het geweldsincident teruggetrokken uit de competitie.

Ik wens Melchior een voorspoedig herstel. En dat wens ik de andere spelers die minder ernstig gewond zijn geraakt uiteraard ook. Ik hoop dat er gerechtigheid plaats zal vinden. Maar bovenal hoop ik dat vroeg of laat de spelers van het 3e zaalvoetbalteam van onze club het plezier in het spelletje terug gaan vinden.

Hans

De minuut stilte voorafgaand aan de wedstrijd tussen Spakenburg en Kozakken Boys was zeer indrukwekkend. Het spandoek was dat ook. Tijdens die minuut stilte ter ere van Mister Stormvogel kwam de zwartwit foto van Hans de Jong, geplaatst in de Blauwe groepsapp van Vakkie D, op mijn netvlies. Samen met ‘Witte’ Jan van Diermen droeg hij Frits van Dijk op z’n schouders. Het was het voorjaar van 1985, Spakenburg had die dag het kampioenschap behaald. De spelers werden gehuldigd op het Spuiplein en vervolgens naar De Westmaat gedragen. De ene arm van Hans hield het been van de pijlsnelle buitenspeler vast, z’n andere arm stak triomfantelijk in de lucht. Leren jack, overhemd. In z’n mondhoek een peuk. Zoals wijlen Ome Piet ook altijd een sigaret met zich meedroeg. Een opgetogen blik in z’n ogen. Z’n lichaamstaal verraadde bravoure en zelfvertrouwen.
Daar liep een man die midden in het leven stond. Een vlotte kerel in de kracht van z’n leven die het succes van zijn club met volle teugen vierde.
En zo zal ik Hans blijven herinneren. Als een echte clubman. Een energieke aanpakker die altijd klaar stond voor zijn Spakenburg. In voor en tegenspoed. Rust zacht beste Hans. Rust zacht.

Hille Beekhuis