Achter de reclameborden is een kroniek van niet alledaagse gebeurtenissen rondom het sportveld. Opmerkelijke en minder opmerkelijke zaken passeren hierin de revue.
Het was 12 januari jl. in alle opzichten een bijzondere donderdag. Al weken wisten wij dat wij voor de tweede ronde in de KNVB-beker aan moesten treden in het hoge noorden tegen eredivisionist FC Groningen. U mag gerust weten dat na de loting ik er niet bepaald zin in had om die wedstrijd ook daadwerkelijk te bezoeken. Het was namelijk de periode dat wij bestuurlijk in een crisis zaten en als (oud) secretaris had ik de buik er even goed vol van. De nieuwe secretaris, tevens aanjager van het mediateam, Marijn de Graaf, vond het wel een typische wedstrijd die door maatje Hille via Twitter moest worden gevolgd en ik mocht dan het wedstrijdverslag voor de website verzorgen. En dus togen wij, met Kees Duijst als mystery guest, in de Renault Captur van Hille richting Groningen. Wij vertrokken vroeg om in de stad eerst een hapje te eten en daarna de Martinitoren en het onderkomen van studentenvereniging Vindicat te vincken. Opvallend staat er bij deze vereniging de leus MVTVAL FIDES op de voorgevel. Latijn voor “Wederzijds Vertrouwen”. Dat is natuurlijk al behoorlijk dubieus bij een vereniging die de term grensoverschrijdend gedrag zo’n beetje moet hebben uitgevonden. Hoe dan ook, wij waren klaar voor het hoofdgerecht en wat voor één. Met rust stonden wij met 0-2 voor, Ja u leest het goed: 0-2 en na afloop prijkte er 2-3 op het scorebord. Spakenburg had geschiedenis geschreven en de oorzaak was een cocktail van een gedurfde opstelling en dito spelopvatting van Spakenburg maar bovenal ook een chronisch gebrek aan zelfvertrouwen en de verdrinkingsangst in de pool der ellende bij de Groningers. Dat laatste vond ik eigenlijk wel het meest interessant van die memorabele avond. Mijn gedachten gingen namelijk ruim 30 tot 35 jaar terug toen wij met Spakenburg 1 nog deelnamen aan het KNVB Districtsbeker toernooi. Wedstrijdjes tegen vaak nietszeggende tegenstanders die zich juist tegen Spakenburg driedubbel konden opladen. Trainers die er ons op wezen de wedstrijd toch vooral serieus te nemen en en passant aan het zelfvertrouwen en scorend vermogen te werken. Als je dit als trainer in de wedstrijdbespreking roept, dan is het al te laat. Ik kan mij heugen dat wij thuis zijn uitgeschakeld door Jonathan (Zeist), het Amsterdamse KBV (volgens mij bestaat die club niet eens meer) en AFC Quick 1890. Enig verzachtende omstandigheid bij Quick was dat ene John van den Brom in de spits stond, in de rug gesteund door de later voor Spakenburg uitkomende Wim van Empelen en Dick Vermeulen. In mijn debuutjaar 1985 zijn wij uit bij APWC uitgeschakeld (1-0). Een beschamende nederlaag zoals FC Groningen dat afgelopen donderdag ook moet hebben ondervonden. In ieder geval heeft FC Groningen mij min of meer gerustgesteld dat beschamende uitschakelingen dus niet alleen goedwillende amateurs kunnen overkomen maar ook dik betaalde professionals. Dank FC Groningen. Mede door jullie misère zijn wij een ronde verder. En ben ik verlost van een trauma.
Tijmen Beekhuis
Zoals door Tijmen hierboven al aangegeven: ik was deze memorabele wedstrijd verantwoordelijk voor het verslag op Twitter. Een uur van tevoren stonden we voor de Euroborg. Een vrij nieuw stadion dat wordt ingekapseld door hipster barretjes en strakke restaurants. Pas bij de ingang naar de tribunes krijg je de eerste signalen dat het om een voetbalstadion gaat. Maar ben je eenmaal in het stadion dan gaat het ook echt helemaal over voetbal. Om de één of andere reden hadden wij van Groningen geen toegangskaarten gekregen voor de persruimte maar voor de bestuurskamer. Ons natje en ons droogje was daardoor uitermate goed verzorgd. Ik kon er echter niet van genieten want ik had te maken met wat technische malheur. Het lukte mij maar niet om de opstellingen als bundel (een zogenaamd ‘draadje’) te versturen. Daarom besloot ik om er maar losse tweets van te maken. Niet volgens het Blauwe Twitterprotocol maar nood breekt nu eenmaal wet.
Vervolgens leverde mijn korte filmpje over de opkomst van beide teams en het enthousiaste Blauwe uitvak ook nog eens een flinke hapering op. Een begin met horten en stoten maar gelukkig leverden de tweets met uitsluitend tekst geen problemen op.
Tijdens de fenomenale 1e helft merkte ik dat, in tegenstelling tot de reguliere competitiewedstrijden, we met onze Blauwe tweets een enorm bereik hadden. Op een reguliere zaterdag lezen zo’n 3000 tot 5000 geïnteresseerden onze berichten, nu behaalden veel tweets met gemak de dubbele cijfers. Meteen bij aanvang van de 2e helft kwam, en dat was ook te verwachten, Spakenburg flink onder druk te staan. Om aan te duiden dat Groningen de duimschroeven aandraaide koos ik de woorden ‘Groningen geeft gas’. Ik was er wel tevreden over; het allitereert lekker en geeft goed weer wat er op dat moment aan de hand was. Vervolgens zag ik direct een reactie op deze tweet binnenkomen met de opmerking ‘gas?’. Ik schrok van mijn nogal ongelukkige woordkeus maar gelukkig bleef het bij deze ene reactie. Veel tijd om er bij stil te blijven staan was er niet want even later werd er met de derde goal een nieuw hoofdstuk toegevoegd aan het Blauwe sprookje. Veel kennissen van mij, niet aanwezig in het stadion, hadden inmiddels ook in de gaten dat er Blauwe geschiedenis werd geschreven. Ik ontving het ene na het andere appje maar uiteraard kon ik daar niet of nauwelijks op reageren. Tenslotte brak de zenuwslopende eindfase aan. Inmiddels had Groningen tweemaal gescoord en ging furieus op zoek naar de gelijkmaker. Het piepte en kraakte in de Blauwe defensie. En toen bleek dat er maar liefst 7 minuten extra speeltijd werd toegevoegd piepte en kraakte het ook bij alle Blauwe supporters. De appjes bleven binnenstromen met die ene, allesbeheersende vraag: is het al afgelopen? Heel veel Blauwen waren, begrijpelijk, in afwachting van het verlossende woord en daarom besloot ik om de tweet ‘AFGELOPEN (2-3)’ klaar te zetten. Toen eindelijk het laatste fluitsignaal klonk, verstuurde ik direct de tweet waarmee ik, zo was mijn overtuiging, een einde maakte aan het zenuwslopende wachten van iedereen die Spakenburg een warm hart toedraagt.
Een halfuurtje na de wedstrijd zag ik dat de tweet ‘AFGELOPEN (2-3)’ niet alleen een enorm bereik had gegenereerd (71.500). Bij de reacties, velen met felicitaties, waren ook diverse opmerkingen over de onderkoelde toon van deze tweet. ‘Jullie verslaan een Eredivisieclub en dit is jullie reactie?’ was de algemene teneur. Weer anderen vonden deze tweet juist ultieme cult ‘want ja, van zo’n bekerstunt raken die Spakenburgers niet van de kook’. De volgende dag werd er zelfs aandacht aan besteed in een podcast van het online voetbalkanaal FC Afkicken. Waarin ook de tweet ‘72e minuut, eerste kans voor FC Groningen’ werd aangehaald: ‘Hilarisch in al z’n droogheid’ was de algemene opvatting. En dat ben ik wel met de heren van deze podcast eens. Sterker nog, deze tweet neigt naar surrealisme. En daarmee zegt het veel, zo niet alles, over de unieke sportieve prestatie die Spakenburg tijdens de ultieme Blauwe droomavond in Euroborg heeft geleverd.
Tijdens de rust van de wedstrijd kwam voorzitter Marc Schoonebeek naar mij toe. Hij gaf aan dat hij was gebeld door de redactie van het Radio1 programma ‘Langs de lijn en omstreken’. ‘Ze willen wat algemene duiding maar zodra ze vragen om een verslag van de wedstrijd dan mag jij, oud-verslaggever van de lokale omroep, het van mij overnemen. Geen probleem toch?’ Ik hoorde mijzelf ‘dat is prima Mark’ zeggen. Niet veel later komt een lachende Mark naar mij toe en drukt zijn telefoon in mijn handen: ‘jij bent aan de beurt’.
Aan de andere kant van de lijn hoor ik presentator Herman van der Zandt die mij vraagt om de eerste goal van Spakenburg te beschrijven. Als je een podium wordt geboden dan moet je dat podium ook pakken en daarom gaf ik, gevoed door de adrenaline en euforie vanwege de ongelooflijke 1e helft, een uitgebreide omschrijving van de eerste goal. Tijdens mijn oneindige betoog hoorde ik op de achtergrond plots de eindtune van het programma. Die tune werd steeds luider. Ik begreep de hint waardoor ik mijn verhaal snel afkapte. Daarna zei de presentator: ’je hebt voor de 2e goal nog 15 seconden’. Ik had maar 6 woorden nodig: ‘penalty Spakenburg, doelpunt van der Linden’.
Na afloop van de bekerwedstrijd liep de Groningse voorzitter Mark Gudde in de bestuurskamer rond met z’n gezicht op onweer. Technisch eindverantwoordelijke Mark-Jan Fledderus van de noordelingen kon ik al niet meer ontdekken. Tijdens de wedstrijd zat hij in mijn nabijheid. Naarmate de wedstrijd vorderde werden zijn ogen steeds holler. En vanaf het moment dat de aanhang van FC Groningen hun snoeiharde spreekkoren op hem begonnen af te vuren verstarde zijn blik. Arjan Robben heeft daar geen last van. De voormalig topvoetballer, die zijn loopbaan begon en afsloot bij FC Groningen, wordt bij de club op handen gedragen. De oud-international liep met een open blik door de bestuurskamer. Muts over het kale hoofd, ontspannen grijns op z’n gezicht. In gezelschap van z’n zoon.
De ontspannenheid van Arjan Robben stond in schril contrast met de sfeer elders in het stadion. De fanatieke aanhang van de Groningers eisten namelijk een verklaring van de eindverantwoordelijken en waren met honderden naar de hoofdingang gegaan. Daardoor ging het veiligheidsprotocol in werking met als gevolg dat voorlopig niemand het stadion mocht verlaten. Voor ons Blauwen niet echt een groot probleem want met de sensationele bekerwinst op zak vermaakten wij ons wel. Maar voor Arjan Robben was na verloop van tijd de maat vol. Hij verliet samen met zijn zoon de bestuurskamer. Of hij het stadion via de hoofdingang heeft verlaten weet ik niet. Maar mocht hij die route hebben gekozen dan is het goed voorstelbaar dat de Groningse heethoofden een erehaag voor hem hebben gevormd.
De afgelopen jaren hebben wij Blauwen tijdens het bekertoernooi tegen heel wat clubs uit de Eredivisie gevoetbald. Het bracht ons in de stadions van PSV, Ajax, AZ en Willem II. En in een wat verder verleden waren wij te gast in De Kuip maar ook in Oud Galgenwaard (‘thuiswedstrijd’ tegen Den Haag) en het inmiddels verdwenen Zuiderpark (uitwedstrijd tegen Den Haag). Van al deze wedstrijden heb ik er maar één gemist namelijk het bekerpotje tegen AZ. En daar heb ik nog altijd spijt van. Al zo vaak heb ik de prachtige verhalen gehoord over de bijna-stunt tegen de Alkmaarders met o.a. een weergaloze Duncan van Mol, een ongrijpbare Thijs Houwing en een weergaloze goal van Christy Bonivacia in de laatste minuut. Ik heb mij daarom voorgenomen om altijd de uitwedstrijden tegen betaalde clubs te bezoeken. Want stel je toch eens voor dat we echt zouden stunten?
Tijdens de heenreis richting Euroborg speelden twijfel en hoop tikkertje in mijn brein. Samen met mijn maatje Tijmen en voetbalorakel Kees Duijst hadden we sterke hoop op een stunt. Maar er was ook reële angst dat de wedstrijd na 10 minuten ook al over en uit kon zijn. Zoals dat een aantal jaren geleden tegen Willem II het geval was. En was het dan de verre reis wel waard geweest?
Het was de verre reis meer dan waard. Op de terugweg, vanwege de veiligheidsmaatregelen vertrokken we pas om 23.30 uur, las Kees Duijst een bericht voor van Jolanda Hartog, vrouw van onze horecamanager Frank Hartog: ‘De kantine blijft open totdat onze HELDEN gearriveerd zijn en we met z’n allen kunnen toasten op de overwinning’. Kees twijfelde of hij ging. Tijmen en ik waren resoluut en zouden niet gaan. Tijmen wilde, hoe bewonderenswaardig, bij thuiskomst meteen het wedstrijdverslag schrijven. En ik? Ik suste mijn geweten door mezelf wijs te maken dat ik de volgende dag een belangrijke meeting had op m’n werk. Uiteindelijk zette ik, het was half 2, Tijmen maar ook Kees thuis af. De relatieve rust in de auto had Kees doen besloten om die rust in z’n slaapkamer een verlenging te geven. Vervolgens stuurde ik mijn auto via de Westsingel richting huis en kwam ik 2 Blauwe supportersbussen tegen. Ik reed door.
In de loop van vrijdag volgden de eerste filmpjes over de sfeervolle ontvangst van de spelers op de Westmaat. Ik zag beelden die videoanalist Robbert Meeder had gemaakt vanuit de spelersbus, ik zag beelden van Chris de Graaf, hossend tussen Blauwe supporters, ik las een artikel in De Telegraaf over een geweldig nachtelijk feest en ik zag een tweet van Jolanda Hartog van een deinende en een uit z’n voegen barstende kantine. Op zaterdag ontmoette ik Steventje Nel in de supermarkt. Ik had deze oersupporter en topvrijwilliger in de Euroborg ook al even gesproken. Ik vroeg haar of ze nog naar het feest in de kantine was geweest. Ze antwoordde bevestigend. ‘Het was een hele korte nacht maar het was het meer dan waard’. Op dat moment voelde ik het weer: spijt.
Hille Beekhuis